Suikerstofwisseling, overgewicht en diabetes.
In de ochtend veroorzaken enkelvoudige suikers (zoals bv. brood, suiker, gezoete ontbijtgranen, zoet beleg en crackers enz.) een onmiddellijke stijging in de bloedsuikerspiegel, boven de normale waarden.
Daardoor komt er meer insuline vrij dat de bloedsuikerspiegel doet dalen onder het normale niveau. De insuline verwijdert de suiker uit het bloed en verandert het overschot in vet. Het resultaat is een opslag van vet en een verlaagde bloedsuikerspiegel en een verlangen naar meer koolhydraten. Daarna herhaalt dit patroon zich 2-3 keer per dag. Dit patroon is een van de hoofdoorzaken van diabetes type 2, hoge bloeddruk en overgewicht.
Als je het ontbijt overslaat, zakt de bloedsuikerspiegel onder de normale waarden. U ervaart honger en uw energieniveau daalt. U krijgt snel weer behoefte aan enkelvoudige suikers (bv. een plak ontbijtkoek, kop koffie of thee met suiker, koekje, een boterham,…) om uw bloedsuikerspiegel te verhogen en zo uw honger en uw energiedip te overwinnen. Daardoor krijgen we het schema zoals bij een traditioneel ontbijt, maar dan iets later op de ochtend.
Hieronder een summiere lijst van voedingsmiddelen en wat er nodig is om ze niet te laten opslaan in vetcellen.
Voedindsmiddel |
Wandelen |
Zwemmen |
Fietsen |
1 zak patat |
109 minuten |
38 minuten |
64 minuten |
1 bitterbal |
10 minuten |
4 minuten |
6 minuten |
1 broodje hamburger |
88 minuten |
31 minuten |
51 minuten |
1 frikadel |
49 minuten |
17 minuten |
28 minuten |
1 kroket |
37 minuten |
13 minuten |
22 minuten |
1 saucijzenbroodje |
72 minuten |
25 minuten |
42 minuten |
1 handje chips |
13 minuten |
4 minuten |
7 minuten |
1 eetlepel pinda’s |
30 minuten |
11 minuten |
18 minuten |
1 plak ontbijtkoek |
14 minuten |
5 minuten |
8 minuten |
1 gevulde koek |
60 minuten |
21 minuten |
35 minuten |
1 plak cake |
30 minuten |
11 minuten |
18 minuten |
1 punt vruchtenvlaai |
39 minuten |
14 minuten |
23 minuten |
1 punt slagroomgebak |
63 minuten |
22 minuten |
37 minuten |
1 roomijsje |
42 minuten |
15 minuten |
24 minuten |
1 magnum |
70 minuten |
24 minuten |
41 minuten |
1 candybar |
56 minuten |
19 minuten |
32 minuten |
1 reep chocolade |
53 minuten |
19 minuten |
31 minuten |
10 dropjes |
35 minuten |
12 minuten |
20 minuten |
Suikerstofwisseling
Alle koolhydraten die wij eten worden door de spijsvertering en de stofwisseling omgezet in glucose, een enkelvoudig koolhydraten. Deze glucose wordt door ons lichaam gebruikt voor het leveren van energie. De energie die over is wordt opgeslagen als glycogeen in de lever
en spieren. Zit deze voorraad vol, dan wordt de restenergie opgeslagen in het vetweefsel.
Bloedsuikerspiegel
Glucose in het bloed bepaalt onze bloedsuikerspiegel. Een evenwichtig bloedsuikergehalte is belangrijk voor het goed kunnen functioneren van het lichaam.
Bloedsuikergehalte:
• |
Vóór de maaltijd is deze ongeveer 4 mmol/liter
|
• |
Na de maaltijd is deze ongeveer 8 mmol/liter |
Regeling bloedsuikerspiegel
2 belangrijke hormonen die betrokken zijn bij de energiestofwisseling:
• |
Insuline zorgt voor een daling van de glucose
|
• |
Glucagon zorgt voor een stijging van de glucose
|
Na de maaltijd neemt de hoeveelheid glucose in het bloed toe. Het hormoon insuline zorgt voor transport van glucose uit het bloed naar de lichaamscellen en -weefsels. Deze glucose kan in de cellen dan gebruikt worden voor het leveren van energie. Een gezond voedingspatroon zorgt ervoor dat de spijsvertering en de stofwisseling optimaal verlopen, zodat de juiste hoeveelheid insuline afgegeven wordt. Het glucosegehalte daalt daardoor geleidelijk.
Glycogeen is een reservevoorraad energie die in het lichaam opgeslagen is in de lever en spieren. Glycogeen bestaat uit een lange reeks glucosemoleculen. Het hormoon glucagon maakt uit glycogeen glucose vrij, zodat er glucose in het bloed komt. Een stijging van het glucosegehalte in het bloed. Insuline en glucagon zorgen dus voor een evenwichtige bloed-suikerspiegel tussen de 4 en 8 mmol/liter.
Verstoring van de bloedsuikerspiegel
Te veel geraffineerde suikers in de voeding veroorzaakt:
Een te snelle spijsvertering waardoor een grote toename van glucose in het bloed plaatsvindt (glucosepiek)
Een tekort aan voedingsstoffen waardoor de secretie (afgeven) van de juiste hoeveelheid hormonen verstoord wordt
Door de glucosepiek en het tekort aan vitaminen en mineralen wordt door de alvleesklier te veel insuline afgegeven. Het teveel aan insuline zorgt voor een te grote daling van glucose. Er ontstaat hypoglykemie; het glucosegehalte komt onder het niveau van 4 mmol/liter. Te veel snelle suikers veroorzaken een glucosepiek gevolgd door een glucosedal: overmatige hongergevoelens.
Ontstaan zoetverslaving
Geraffineerde suikers veroorzaken zoetverslaving
Een glucosedal geeft meer hongergevoelens: trek in zoet, je gaat meer eten, je gaat vaker eten. Er ontstaat een grotere energie-inname, dus meer overgewicht. Producten met veel geraffineerde suikers worden vaak tussen de maaltijden door gebruikt. Denk hierbij aan koeken, energiedranken, snoep, etc. Deze suikers worden als tussendoortje nog sneller in het bloed opgenomen dan wanneer ze deel zouden uitmaken van complete maaltijden met voldoende eiwitten en vetten. Er ontstaat een nog grotere glucosepiek, gevolgd door een glucosedal. Door een energiedrank of een glas limonade met een gevulde koek krijg je veel glucose en fructose (snelle suikers) binnen. Door de glucosepiek ontstaat eerst een gemoedstoestand van alertheid en activiteit, en vervolgens door een glucosedal een gemoedstoestand van lusteloosheid. In deze gemoedstoestand van lusteloosheid heb je weer eerder trek. De behoefte aan deze producten neemt alleen maar toe en er kan een (zoet)verslaving ontstaan.
Conclusie
Gebruik zoveel mogelijk natuurlijke, volwaardige voedingsmiddelen; deze bestaan uit koolhydraten die meer leveren dan calorieën alleen. Beperk het aandeel geraffineerde suikers in je voedingpatroon tot < 5% van de dagelijkse calorie-inname of probeer ze helemaal uit te bannen.
Diabetes
Onderzoek van het RIVM: relatie ongezond leven – overgewicht - diabetes
Het aantal mensen met diabetes zal de komende 20 jaar flink toenemen. Grotendeels komt dit door de vergrijzing van de bevolking, maar ook door ongezond leven. Naar verwachting stijgt het aantal mensen met diabetes met 70 procent.
Het aantal patiënten met diabetes type 2 is tussen 2000 en 2003 met 26 % gestegen en zal vermoedelijk nog verder toenemen. Naar schatting zijn er op dit moment 600.000 mensen met gediagnosticeerde diabetes in Nederland en nog eens 250.000 mensen die niet weten dat ze diabetes hebben.
Het aantal mensen met bekende diabetes stijgt met ruim 70 % naar 940.000 in 2025. Dit is het geval wanneer de huidige stijging aantal mensen met overgewicht in hetzelfde tempo doorzet. Wanneer de stijging in overgewicht verder toeneemt, kan dit aantal boven het miljoen uitkomen.
Een ongezonde voeding, weinig lichaamsbeweging en overgewicht verhogen de kans om diabetes type 2 te krijgen. Bij mensen met diabetes type 2 treden vaak beschadigingen van ogen, nieren en zenuwen op. Ook hebben zij een groter risico op een hartinfarct of een beroerte.
Bron: RIVM rapport 260801002/2007
Leefstijl en diabetes
Gezonde leefstijl
Ook al heb je de aanleg voor het ontwikkelen van diabetes, de kans is groot dat je geen diabetici wordt of op veel latere leeftijd.
Ongezonde leefstijl
Ook al heb je geen erfelijke aanleg voor diabetes, door een ongezonde leefstijl kan zich toch diabetes ontwikkelen.