Wat
bankiers zouden moeten weten!
Als
u een hypotheekcontract met de bank tekent voor een lening van
200.000 euro wat gebeurt er dan? De bank tikt het getal
200.000 in de bankcomputer als zijnde een vordering die ze op u
hebben. Maar omdat er altijd een linkerkant en een rechterkant op de
balans is, dus ook op de bankbalans, wordt er vervolgens op de
rechterkant van de balans een tegoed ten gunste van u ingetikt van
hetzelfde bedrag. U heeft dan een tegoed van de bank en een schuld
aan de bank en de bank heeft op dat moment 200.000 euro gecreëerd
die er voor het tekenen van het contract niet was. Zoiets heet
geldschepping door schuld. Dit geld is niet van de bank, het is van
niemand. Toch vraagt de bank er rente voor...
Het
huis dat u hebt gekocht wordt bij de notaris aan u overgedragen. De
verkoper ontvangt het geld dat tot dat moment uw tegoed bij de bank
was. Er wordt dus 200.000 euro overgeboekt van uw rekening naar die
van de verkoper. Veronderstel dat de verkoper het geld niet direct
nodig heeft en op een spaarrekening bij dezelfde bank laat staan.
Daarover ontvangt de verkoper 1,5%, terwijl u over de hypotheeklening
5% betaalt. Het verschil, of de marge zoals dat in bankenland heet,
is voor de bank. De bank ontvangt over de lening dus netto 3,5% en
dat is 7.000 euro per jaar. En omdat u pas na 30 jaar alles aflost,
ontvangt de bank dus 210.000 euro over geld dat niet van hen is, maar
uit 'het niets' is gecreëerd.
Veronderstel dat banken
gewoon betaald krijgen voor hun dienstverlening, dus voor alle
handelingen die er nodig zijn om de hypotheek beschikbaar te stellen.
Voor deze werkzaamheden zijn acht uur nodig (ruim genomen) en als het
tarief 150 euro per uur is, dan zou de bank dus 1.200 in rekening
kunnen brengen aan u. En vooruit, per jaar is er 2 uur nodig voor
onderhoud en beheer, dus 300 euro. Over de genoemde dertig jaar zou
de bank dus bij een normaal verdienmodel iets meer dan 10.000 euro
aan u in rekening brengen. Dat is dus geheel andere koek dan het
huidige -veel lucratievere- model.
Logisch
dat banken willen vasthouden aan hun goudmijntje. Maar het klopt
niet, het klopt van geen kant.
Daar komt nog bij dat banken
heel weinig eigen vermogen (=van de aandeelhouders) en heel veel
vreemd vermogen (geld dat zij lenen, spaargeld etc.) hebben. In het
bovenstaande sommetje heb ik duidelijk gemaakt dat het rente
verdienmodel voor hen de kip met de gouden eieren is en dat ze de
winst die daardoor wordt gemaakt, maar met weinig hoeven te delen,
want er zijn verhoudingsgewijs weinig aandeelhouders door het
verhoudingsgewijs kleine eigen vermogen. Dus als er in de goede tijd
winst wordt gemaakt dan is dat vooral mooi voor die weinige
aandeelhouders en voor de directeuren die worden beloond met bonussen
vanwege hun inspanningen ten behoeve van die aandeelhouders. En als
het tij keert en banken maken verlies, omdat ze een deel van de
leningen niet kunnen incasseren vanwege slechte economische tijden,
faillissementen en werkloosheid dan is er nog altijd de overheid of
het ESM of het IMF, die kwistig strooien met leningen die
uiteindelijk worden bekostigd door de belastingbetalers. Of de EU
gaat ertoe over om het spaargeld dat u op de bank heeft staan in te
pikken. Een prachtig verdienmodel dus. De winsten worden
geprivatiseerd -zijn voor de directeuren en aandeelhouders- en de
verliezen worden gesocialiseerd - zijn voor de belastingbetalers en
nu dus ook voor de spaarders-
Wetenschappers
en een bankier over geldschepping
Bovenstaande
tekst werd door mij op Facebook geplaatst, waarop het in grote getale
werd gedeeld. Veel reacties waren positief, sommige negatief. Voor
degenen die moeite hebben om te kunnen geloven dat banken echt geld
uit het niets scheppen volgt hierna wat gezaghebbende
wetenschappelijke bronnen en een bankier zelf over geldschepping te
zeggen hebben.
Onderzoek
door Basil Moore, verricht in de periode 1979 - 2001 bevestigde hoe
banken in werkelijkheid geld scheppen. Banken creëren eerst een
lening aan een persoon of bedrijf en gelijktijdig een deposito of
verplichting aan dezelfde persoon of hetzelfde bedrijf. Als deze
geldscheppingspraktijk leidt tot onvoldoende reserves bij een bank
dan wordt achteraf voor aanvulling van de buffers gezorgd. Reserves
volgen dus uit geldschepping en niet andersom, dus geldschepping is
niet het gevolg van beschikbare reserves, zoals spaargeld. De
bevindingen van Moore zijn door meerdere onderzoekers, zoals Kydland
en Prescott (1990) bevestigd.
De
observatie, die de ex- senior vice-president van de New York Federal
Reserve, Alan Holmes al in het begin van de discussie over dit
onderwerp maakte, dat: ‘beheersen van inflatie door controle over
de geldhoeveelheid door de centrale banken berust op de naïeve
veronderstelling, dat het geldvermenigvuldigingseffect in de praktijk
werkt' is veelzeggend. Met het geldvermenigvuldigingseffect bedoelt
Holmes, dat de commerciële banken op basis van de beschikbare
reserves (spaargeld, deposito’s) geld door schuld scheppen, wat ook
wel wordt aangeduid met ‘fractioneel bankieren’.
Afhankelijk van de reserve eis die de centrale bank aan de
commerciële banken stelt, kunnen er leningen worden verstrekt.
Bijvoorbeeld, als de eis 10% reserve aan beschikbaar geld is,
dan kan een commerciële bank op basis van 100.000 euro leningen tot
900.000 euro scheppen en als de eis 20% zou zijn dan kan die bank
leningen tot een bedrag van 400.000 euro creëren. Als het
geldvermenigvuldigingsprincipe in de praktijk zou werken, dan zouden
centrale banken zoals de Europese Centrale Bank en de Federal Reserve
in de VS de geldhoeveelheid kunnen beheersen, waardoor er geen
wildgroei zou plaatsvinden. De werkelijkheid is anders, want: "In
de praktijk scheppen banken kredieten en leningen en gelijktijdig
deposito’s om achteraf de reserve op het vereiste niveau te
brengen.” (Holmes 1969)
Er
is geen grens aan geldschepping door commerciële banken. Zolang de
economische omstandigheden door de banken zelf als gunstig worden
gekwalificeerd, gaat het geldschepping door schuld proces in
een onverminderd tempo door. Het lijkt op een ballon die steeds
verder wordt opgeblazen en waarbij het aan het inzicht van de blazer
wordt overgelaten wanneer deze moet stoppen. Dit is de reden waarom
banken in economisch gunstige tijden bij wijze van spreken lopen te
leuren met leningen en waarom er bij economische tegenwind zo hard op
de rem wordt getrapt dat er nauwelijks meer krediet te krijgen is.
Commerciële
banken scheppen daadwerkelijk geld uit het niets. Als u een lening
contract met de bank tekent, dan gaat u niet alleen een schuld aan,
maar u bent tegelijkertijd degene die de bank dekking verschaft door
het gelddeposito dat door de bank op uw naam in de boeken wordt
opgenomen. Over dit geld uit het niets betaalt u rente. Denkt u daar
eens over na. Geld dat van niemand is, waarvoor geld wordt gevraagd.
Rente is zo sterk met ons westerse materiële denken verweven
geraakt, dat veel mensen de gedachte dat er voor een lening
geen rente zou moeten worden betaald, te zot voor woorden vinden. In
werkelijkheid legt het geld met geld verdienen een voortdurende druk
op de echte economie, die het moet hebben van de waarde van de
goederen en diensten die hierin door mensen worden voortgebracht.
Deze druk leidt tot exploitatie en uitputting van natuurlijke
hulpbronnen, grondstoffen, planten, dieren en niet op de laatste
plaats de mens zelf, omdat het grootste deel van de mensheid hun
schulden met rente moeten betalen aan enkelen.
De
geldinjecties die vanaf het begin van de crisis door centrale banken
en door overheden aan banken worden gegeven komen vanwege het
hierboven geschetste geldscheppingsproces niet in de echte economie
terecht. Banken maken pas op de plaats. Leningen verstrekken wordt
als te risicovol gezien en de aandacht is eenzijdig gericht op het
versterken van de eigen reserves. Want die zijn door het ‘opblazen
van de ballon’ en door de vele te grote risico’s die banken in de
goede tijd hebben genomen op jacht naar meer winst zo sterk
aangetast, dat het aanvullen van de reserves absolute prioriteit
heeft. De enorme schuldenberg die in de gunstige jaren is opgebouwd
kan bovendien maar moeilijk worden teruggebracht omdat door de crisis
veel bedrijven en particulieren financieel in de problemen zijn
geraakt. Hierdoor worden banken gedwongen om verliezen te nemen, wat
weer een negatieve invloed heeft op de reserves.
Geen
banken meer, wat dan wel?
Banken
zijn in hun huidige vorm niet het geschikte instrument om de economie
uit het slop te halen. Wat zou er kunnen worden gedaan om die
economie wel de impulsen te geven die het zo nodig heeft om weer in
beweging te komen? Prof. Steve Keen schrijft in ‘Debunking
Economics’: ‘Er is een eenvoudige, maar wel zeer confronterende,
manier om de negatieve spiraal te doorbreken en dat is eenunilaterale
afschrijving van alle schulden. Deze aanpak, die in oude culturen
regelmatig werd toegepast staat bekend als een ‘Jubilee’
(jubeljaar). Het is strijdig met de heersende opvatting binnen de
kapitalistische samenleving waarin het afbetalen van schulden als een
morele verplichting wordt gezien. De oude beschavingen onderkenden
echter juist die grote zwakte in een kapitalistische structuur,
namelijk dat mensen op de duur verdrinken in de steeds omvangrijker
wordende schuld en renteberg. Het zou dwaas zijn om te ontkennen dat
hetzelfde mechanisme niet aanwezig is in de moderne kapitalistische
samenleving, want het piramidespel van schuldcreatie door de banken
leidt op den duur tot de situatie waarin onze samenleving steeds
nadrukkelijker komt te verkeren.’
Keen
pleit voor een eenmalige afschrijving van alle schulden. De methode
die hij hiervoor aanbeveelt is dat de staat eenmalig geld schept ter
grootte van alle publieke en private schulden en dat met dit geld de
digitale kassen van de banken worden gevuld, om vervolgens daarmee
alle schulden –overheid, bedrijven en particulieren- af te lossen.
Het gevolg hiervan is dat spaarders, depositohouders en anderen die
geld tegoed hebben van de bank wel over dat geld beschikken, maar er
geen rente meer op ontvangen omdat de bank op zijn beurt geen rente
meer ontvangt op het uitgeleende geld. Hierna zijn er twee
hoofdopties:
De eerste
optie:
weer op de oude voet verder te gaan en binnen de bestaande
kaders aanpassingen aanbrengen waardoor excessen worden voorkomen,
zoals het aan banden leggen van speculatie met derivaten en –het
verstrekken van- leningen die bestemd zijn voor speculatieve
doeleinden. De zaak zou ook dan op de langere duur weer vastlopen,
maar minder snel.
De tweede
optie:
geldschepping door commerciële banken beëindigen. Een
onder democratische controle staande publieke instelling brengt
schuldvrij (niet geleend van de banken of institutionele en
particuliere beleggers) en rentevrij geld in omloop. De
geldhoeveelheid sluit aan op de behoefte van de echte economie,
waardoor er voor alle investeringen en voor de consumptie voldoende
geld beschikbaar is. Geldschepping wordt daardoor van de private naar
de publieke sector verschoven. Wat niet inhoudt dat de overheid gaat
beslissen over de geldhoeveelheid, want dan zou het
geldscheppingsproces onderhevig worden aan politieke factoren en dat
zou ongewenst zijn. De rol die banken in de nieuwe structuur kunnen
spelen is die van distributeur. Met de kennis en ervaring die bij
banken aanwezig verondersteld mag te zijn, zou men goed in staat
moeten zijn om de geldstromen zo te sturen dat ze daar terecht komen
waar ze het hoogste maatschappelijke rendement opleveren en
tegelijkertijd wordt voorkomen dat er bubbels ontstaan of dat er
leningen worden verstrekt aan bedrijven en mensen die daar niet goed
mee omgaan. Banken moeten dan wel hun verdienmodel wijzigen en
hun inkomen niet langer baseren op rente, maar op de geleverde
diensten. Want banken blijven eenzijdig op hun eigen belang gefocust
en niet op dat van de samenleving in zijn geheel, zolang het succes
van het verdienmodel groter wordt naarmate de omvang van
kredietverlening en de daaruit voortvloeiende schuldenberg
toenemen.
Als
het inzicht algemeen gaat worden dat banken in hun huidige vorm niet
passen in een nieuwe –menswaardige- economie en dat de particuliere
en private schuldenberg een verstikkende uitwerking heeft op de echte
economie, dan is er zonder twijfel ook de wil aanwezig om tot een
grondige hervorming van het financiële stelsel over te gaan,
waardoor de samenleving nieuwe kansen krijgt.
©
Ad Broere
http://adbroere.nl/web/nl/artikelen/wat-bankiers-zouden-moeten-weten.php
Brief
aan mijn bankdirecteur.
(voel
je vrij hem te gebruiken, te delen, te copiëren, of... naar úw
bankdirecteur te sturen...)
Beste
Bankdirecteur,
Wij
kennen uw naam niet. Degene met wie wij destijds onze hypotheekpolis
afsloten, is al l...ang verdwenen. We waren hem toen erg dankbaar dat
hij het mogelijk maakte dat wij ons droomhuis konden kopen. Vol
overtuiging gingen wij in op zijn voorstel, en zoals u weet, zijn wij
tot op de dag van vandaag onze verplichtingen en afspraken netjes
nagekomen.
Maar een mens wordt ouder en wijzer.
Voortschrijdend inzicht heet dat. En vandaag zijn we eigenlijk
helemaal niet zo blij met wat wij destijds afspraken. Sterker zelfs,
we voelen ons… we kunnen het niet anders zeggen, belazerd.
Het
was misschien naïef van ons om te denken dat het geld dat u ons
leende, daadwerkelijk in uw bezit was. Pas sinds kort weten we dat u
als bank nauwelijks geld bezit. En dat u ons geld uit het niets
creëerde op het moment dat wij onze handtekening plaatsten,
eenvoudigweg door het bedrag in te toetsen.
Neemt u ons
niet kwalijk dat we dit vreemd vinden. U vroeg er immers ons huis
voor in pand, iets dat wél bestond in de werkelijke wereld. U gaf
ons eigenlijk een schuldkwitantie waarbij wij de verplichting op ons
namen uw verzonnen geld, reëel te maken door dertig jaar lang voor u
te werken. In zekere zin werden we uw lijfeigene.
En dat niet
alleen… u vroeg ons ook rente. We stelden ons daar geen vragen bij.
We gingen er vanuit dat rente iets vanzelfsprekends is in deze
wereld. Pas nu, nu we ons verdiepen in het wezen van geld, komen we
erachter dat rente helemaal niet vanzelfsprekend is. We wisten toen
nog niet dat de bijbel al stelde dat het vragen van rente misdadig
is. We hadden nog niet gehoord van renteloos Islamitisch bankieren.
En zouden we er wel van gehoord hebben, dan zouden we het wellicht
raar hebben gevonden. Want we wisten toen nog niet dat rente een
monster is, dat niet in toom is te houden.
De reden is
eenvoudig. Geld is een handig transactiemiddel. Een efficiënt
product om diensten en goederen uit te wisselen. Maar, ‘geld jonkt
niet’, zei Aristoteles. Geld brengt geen geld voort. En dat hoeft
ook niet. Dat is niet de natuurlijke functie van geld. Munten hoeven
geen munten te baren, beaamde Thomas van Aquino.
Want
rente is een listig ding. We beseften toen niet dat we met die rente
maar liefst twee tot driemaal de volledige prijs van ons huis aan u
zouden betalen in dertig jaar. Nu gunnen we iedereen zijn verdienste.
Maar… vindt u dit zelf ook niet buiten iedere proportie?
En
nog was het niet genoeg voor uw instelling. Onze hypotheek verpandde
u in een beleggingsproduct, waarbij beleggers gingen speculeren of
wij wel of niet onze hypotheek zouden kunnen terug betalen. En
opnieuw verdiende u veel geld aan onze hypotheek.
Tot het fout
ging.
U herinnert zich vast, dat toen die beleggingsproducten,
met ingewikkelde namen als collateralized debt obligations , klapten,
de crisis begon.
De producten waren op lucht gebaseerd. Op
geld dat niet bestond dat u aan ons en zovele anderen uitleende.
Uw
instelling dreigde om te vallen. En de wereld was in rep en roer.
Want wanneer er banken zouden omvallen, was het einde der tijden
nabij, hoorden wij onze leiders keer op keer verkondigen.
Dus
gingen onze leiders op hun beurt niét bestaand geld lenen bij de
Europese Centrale Bank die op dezelfde wijze geld uit het niets
creëerden. Onze leiders gaven u dat geld, zodat u rustig kon verder
bankieren en uw bonussen verdelen. Maar dat niet bestaande geld moest
natuurlijk ook reëel gemaakt worden. En gek genoeg werd de rekening
daarvan niet bij u, maar bij ons gelegd.
In de vorm van
belastingen die hoger werden, en bezuinigingen op zaken die wij
belangrijk vinden, betalen wij nu niet alleen het geld terug dat aan
u geleend werd, maar ook nog eens de rente daarop. En onze leiders
bezweren ons dat we die schuldenberg niet meer mogen laten oplopen
dan tot 3 % van onze begroting.
Daardoor moeten we keer
op keer nog meer belastingen betalen en bezuinigingen ondergaan. Tot
er weer enkele miljarden nodig zullen zijn om een volgende
bankinstelling te redden, in eigen land, of in Griekenland, of in
Italië. Vreemd genoeg wordt de rekening daarvan steeds opnieuw bij
ons gelegd.
En deze vicieuze cirkel gaat nu al jaren zo
door.
Maar voor mij is de maat vol, geachte
bankdirecteur. Ik zeg Basta.
U heeft de crisis veroorzaakt. U
heeft er een bende van gemaakt. U verwacht niet alleen dat wij onze
persoonlijke verplichtingen aan u blijven nakomen, maar ook nog eens
dat wij uw instelling blijven redden. En dat we daardoor onze
kinderen opzadelen met een nooit meer terug te betalen schuld,
veroorzaakt door de tumor die rente op rente is, waardoor we hun
toekomst nu al gehypothekeerd hebben.
Toch willen we
niet onredelijk zijn. Wij zijn nette burgers.
Het fictieve geld
van ons hypotheekbedrag waardoor wij ons huis konden kopen, willen we
aan u terug betalen. We zijn zelfs bereid daarvoor een commissie aan
u te betalen.
En dan houdt het op, beste
bankdirecteur.
Vindt u dit een krankzinnig
voorstel?
In Ijsland deden ze het. Alle
hypotheekschulden werden kwijt gescholden tot 110 % van het
hypotheekbedrag. Het gevolg was dat Ijsland al jaren uit de crisis
is, en een begrotingsoverschot heeft. En ja, de banken vielen om in
IJsland, maar het was niet het einde der tijden daar, integendeel…
het was een nieuw begin.
Ik moet ook mijn eigen boontjes
doppen, mijnheer de bankdirecteur. Als ik gebakken lucht zou
verkopen, zou de overheid mij geen geld toestoppen om mij te redden.
Nee, ze zouden mij in de gevangenis gooien. En terecht.
Hieronder
vindt u mijn voorstel mijnheer de bankdirecteur. Ik zie uw reactie
graag tegemoet. Ik heb niets tegen u persoonlijk, maar wel tegen uw
manier van zaken doen, waardoor op dit moment een volledig continent
in de crisis is geraakt. Daartegen zeg ik vanaf vandaag;
Basta.
Hoogachtend,
Een burger die er genoeg van heeft.
Geert
Kimpen,
www.geertkimpen.com
Andere brief
die u naar uw bank kunt sturen, opgesteld door Ad Broere, ex-bankier,
auteur van het boek Geld komt uit het niets.
Betreft:
lening contract nummer
Geachte heer/mevrouw,
Op ………….
hebben wij een lening contract getekend met uw bank, waarin we met de
bank zijn overeengekomen de hoofdsom van de in het contract genoemde
lening terug te betalen met rente.
Dit contract hebben
wij ondertekend omdat we er op dat moment van overtuigd waren dat de
bank de beschikking had over het geld dat aan ons werd uitgeleend.
Dit blijkt echter niet de juiste voorstelling van zaken te zijn. We
weten nu, dat het geld er niet was voordat wij het bankgebouw
binnenstapten. Het blijkt te zijn ontstaan door onze handtekening
onder het lening contract.
Banken verstrekken leningen
zonder dat er dekking aanwezig is, dus uit het niets. Geld dat uit
het niets komt is van niemand en dientengevolge ook niet van uw bank.
Het is daarom geheel onjuist dat u hierover rente vraagt. We zijn ons
ervan bewust dat we het geld dat wij via uw bank te leen hebben
ontvangen, hebben aangewend voor de koop van onze woning. Ook
begrijpen wij, dat u voor de dienstverlening ten behoeve van de
lening werk hebt verricht. Wij vinden het daarom redelijk dat de bank
om ons een nieuwe overeenkomst van geldlening aanbiedt, waarin geen
rente verplichting over het door ons geleende geld is
opgenomen.
Verder vragen wij van de bank om de door ons
betaalde rente vanaf de datum van het tekenen van de
lening overeenkomst aan ons te restitueren.
Wij stoppen
met het betalen van rente totdat er een voorstel door uw bank is
gedaan waarmee wij akkoord gaan. Wij zijn bereid om het bedrag dat
voor de rente bestemd was maandelijks op een reserverings rekening op
onze naam te zetten totdat wij akkoord zijn gegaan met het voorstel
van de bank.
Wij wachten de reactie van uw bank met
belangstelling af.
Hoogachtend
Opmerking:
Als
u in gesprek gaat met uw bankier over geldschepping en u wilt
duidelijk maken dat het echt uit het niets komt, dan kunt u de
glasheldere uitspraken van deze Engelse econome laten
zien:
https://www.youtube.com/watch?feature=player_embedded&v=TJQZYbBD_wg
Succes!
Moeten
banken zich gaan verantwoorden en kunnen we samen onder hun
financiele juk uitkomen?
Op
30 mei 2013 deed de rechtbank Oost-Brabant een uitspraak inzake een
eis van de SNS Bank op een cliënt, die een bedrag schuldig was aan
deze bank en het verschuldigde niet wilde terug betalen.
In
zijn verweer tegen de vordering van een bedrag dat hij had geleend
van de SNS Bank heeft deze gedaagde een verweer gevoerd dat de
aandacht verdient van allen, die een eind willen maken aan
geldschepping uit het niets door private banken. Gedaagde heeft in
zijn onderbouwde verweer gesteld dat commerciële banken sinds er
1960 ‘slechts een getal, in de vorm van kapitaal, wordt
overgemaakt, dat op geen enkele wijze door enig vermogen wordt
gedekt.’
De
kantonrechter wijst de vordering toe aan de SNS Bank en stelt daarbij
dat: ‘Die terugbetaling echter niet behoeft te geschieden door
daadwerkelijk euro's naar SNS Bank te brengen, maar dat dit eveneens
zuiver boekhoudkundig mag gebeuren door een overboeking van een
rekening naar de rekening van SNS Bank.’ Een vonnis met een vleugje
humor, maar wel met een serieuze ondertoon, omdat gedaagde 87 jaar is
en zijn leven heeft ingezet voor monetaire hervorming. De SNS Bank
zou best clementie met hem mogen hebben.
Toch
biedt de kantonrechter een opening die hoop geeft. Tenminste, als we
met velen en niet met enkelen in actie komen. De kantonrechter zegt:
‘Deze dekking bestaat misschien niet daadwerkelijk, maar wel
theoretisch, zolang iedereen, althans veruit de meeste mensen,
vertrouwen hebben in het systeem. Tot op de dag van deze uitspraak is
dat nog het geval, althans - zo moet dezer dagen een slag om de arm
worden gehouden - de kantonrechter hebben nog geen andersluidende
berichten bereikt.’ De rechter houdt het voor zeer wel mogelijk dat
de oude strijder gelijk heeft en banken geld uit het niets scheppen,
dus zonder dekking. Als dit wordt erkend door de rechter, dan is het
een kwestie van tijd dat de eerste bankier zich voor diezelfde
rechter zal moeten verantwoorden. Want als je geld uitleent zonder
dekking, dan heet dat toch gewoon… fraude?
In
de UK timmert Positive Money UK als monetaire hervormingsbeweging
actief aan de weg. Positive Money UK is een steeds moeilijker te
negeren factor aan het worden. Datzelfde moet toch ook in Nederland
mogelijk zijn? Laten we de rechter gaan overspoelen met
andersluidende berichten.
Procedure:
SNS
Bank legt daaraan het volgende ten grondslag.
Zij
heeft van [gedaagde] een bedrag van € 17.188,35 te vorderen op
grond van een door haar onder vigeur van de Algemene Bankvoorwaarden
met [gedaagde] gesloten rekening-courantovereenkomst.
De
verschuldigde vertragingsrente bedraagt tot en met 23 april 2013 €
747,80. De verschuldigde buitengerechtelijke kosten bedragen €
968,-.
2.2.
De gemachtigde van [gedaagde] heeft in een beschouwing van slechts 19
pagina's, gelardeerd met heldere grafieken en ondersteund met 11
pagina's aan verdiepende beschouwingen, kort weergegeven, het
volgende verweer gevoerd.
De
vordering is onterecht omdat al sinds ongeveer 1960 geen bank in de
westerse wereld meer in staat is geweest om aan een rekeninghouder
geld uit te lenen. Men veronderstelt wel dat er geld wordt
uitgeleend, maar in werkelijkheid wordt er in het geheel geen geld
uitgeleend.
Het
geld dat uitgeleend wordt, arriveert sinds ongeveer 1960 nimmer op de
bankrekening van rekeninghouders. Er wordt slechts een getal, in de
vorm van kapitaal, overgemaakt, dat op geen enkele wijze door enig
vermogen wordt gedekt. Het geld dat aan rekeninghouders wordt
uitgeleend komt van een speciale geldvoorraadrekening, die we voor
het gemak zo hebben benoemd. Geld dat uitgeleend wordt dient van die
voorraad naar de rekening van de lener te worden overgedragen. Dat is
sinds ongeveer 1960 niet meer gebeurd.
Het
geld dat aan de rekeninghouders diende te worden uitbetaald werd in
het geheel niet van de geldvoorraadrekening afgeschreven. Het bleef
op die rekening staan en wordt dus opgepot. Er wordt slechts
boekhoudkundig kapitaal overgemaakt en geen geld. De topmannen in de
bankwereld hebben het zo mogelijk gemaakt om uitzonderlijke winst te
maken. Daaruit worden de bonussen betaald. Niemand begrijpt meer waar
die vele miljardairs vandaan komen. Echter het geld dat [gedaagde] en
miljarden andere rekeninghouders hadden dienen te ontvangen is als
bonus aan de top van het bankwezen uitgekeerd.
[gedaagde]
is bij SNS Bank een lening aangegaan en SNS Bank zou puur
administratief en volstrekt theoretisch boekhoudkundig een bedrag van
€ 17.188,35 van [gedaagde] te vorderen hebben. [gedaagde] heeft
echter geen enkele euro, maar slechts waardeloos kapitaal ontvangen,
dat niet werd gedekt. Dus hoeft [gedaagde] niets terug te betalen.
3.
De beoordeling
3.1.
[gedaagde] heeft niet bestreden dat hij een lening (in
rekening-courant) heeft ontvangen van SNS Bank ten bedrage van €
17.188,35, althans dat dat bedrag nog als openstaand in
rekening-courant resteert.
3.2.
Het verweer van de gemachtigde van [gedaagde] dat [gedaagde] van het
geleende bedrag geen euro heeft ontvangen, moet, in letterlijke zin,
waarschijnlijk als juist worden aanvaard. Eveneens zal juist zijn dat
de banken slechts bedragen van de ene rekening naar de andere
overboeken zonder dat er in werkelijkheid een euro wordt verplaatst.
En voorts zal juist zijn dat slimme economen een theorie hebben
ontworpen op grond waarvan er op de een of andere (voor de leek
ondoorgrondelijke) wijze dekking bestaat voor de bedragen die bij
rekeninghouders op de rekening staan. In hoeverre die dekking
daadwerkelijk bestaat en in hoeverre die theorie juist is, behoeft
echter in dit geding niet te worden beoordeeld, om de volgende reden.
3.3.
[gedaagde] heeft namelijk, zo blijkt uit de bij dagvaarding
overgelegde stukken, gebruik gemaakt van de hem door SNS Bank ter
beschikking gestelde gelden (ook al was dat volgens de gemachtigde
van [gedaagde] een slechts zuiver theoretische, boekhoudkundige
terbeschikkingstelling) door daarmee (kennelijk eveneens zuiver
theoretische) betalingen te doen aan derden. Daarmee is (binnen het
in de westerse wereld geldende juridische systeem, dat - toegegeven -
op slinkse wijze aan het economische systeem is gekoppeld) op hem de
plicht jegens SNS Bank komen te rusten om de hem (boekhoudkundig) ter
beschikking gestelde gelden terug te betalen. Die terugbetaling
behoeft echter niet te geschieden door daadwerkelijk euro's naar SNS
Bank te brengen, maar mag eveneens zuiver boekhoudkundig gebeuren
door een overboeking van een rekening naar de rekening van SNS Bank.
Binnen het heersende systeem bestaat namelijk (in principe) voor een
zodanige overboeking dezelfde dekking als voor de overboeking die SNS
Bank aan [gedaagde] heeft gedaan. Deze dekking bestaat misschien niet
daadwerkelijk, maar wel theoretisch, zolang iedereen, althans veruit
de meeste mensen, vertrouwen hebben in het systeem. Tot op de dag van
deze uitspraak is dat nog het geval, althans - zo moet dezer dagen
een slag om de arm worden gehouden - de kantonrechter hebben nog geen
andersluidende berichten bereikt.
De
vordering is daarom toewijsbaar.
Auteur:
Ad Broere (schrijver van o.a “Geld komt uit het niets”)
Bron:
http://adbroere.nl